Marcel ging bootje varen, wijntje drinken. En toen ging het mis…

09.06.2023 14:00
Marcel ging bootje varen, wijntje drinken. En toen ging het mis...

Marcel is journalist, getrouwd met Carlijn en heeft een baard, alsmede een dochter die Sammie heet. Op Me-to-We.nl vertelt hij hoe het zover heeft kunnen komen. En over hoe het nu verder moet.

Zomer in Amsterdam. Is er iets mooiers? Vast wel, maar ik ben er dol op. Vooral als ik kan varen. Probleem is dat de meeste bootachtigen nogal veel geld kosten. Zeker als je iets substantieels wilt. Om met vrouw en kind in een kano te stappen, is voor sommigen wellicht het toppunt van romantiek, ik vind het vooral oncomfortabel. Lastig is echter dat ik met mijn journalistensalaris niet veel verder kom dan precies die kano – en dan een instapmodelletje – dus vooralsnog is het behelpen.

Lees ook: Marcel heeft nog steeds een leven. Denkt-ie

Gelukkig heb ik een vriend met een boot. Tim heet ‘ie. Tim heeft geen jacht, ofzo, maar ook geen kano. Tim heeft een sloep. Ik heb hem er uiteraard niet op uitgezocht, die Tim, maar het is wel handig. Voor mij dan, niet zozeer voor hem. Want als booteigenaar heb je met name op mooie dagen heel veel ‘vrienden’ die je vragen of het niet heel gezellig is om eens een stukje te gaan varen. Wat inhoudt dat je als booteigenaar een sloep vol aangeschoten ‘vrienden’ op jouw kosten door de grachten van Amsterdam mag manoeuvreren – op drukke dagen voorwaar geen pretje. Aan de andere kant: dan had je maar geen boot moeten kopen.

Dus belde ik Tim, gisteren, want een stralende dag, en zoals ik al zei: ik ben dol op varen. Tim z’n sloep is prachtig en hij houdt bovendien ontzettend van goede kaas en nog betere wijn. Al met al bijzonder dat we pas twee jaar vrienden zijn. Tim vond het ook een goed plan – of durfde in ieder geval geen nee te zeggen – dus stonden we twee uur later bij de aanlegplaats van zijn sloep. Carlijn en ik hadden wijn, borrelnootjes, worst en Sammie meegenomen, Tim zijn vrouw en hun altijd droevig kijkende hondje. De zon blakerde aan de hemel, er stond geen zuchtje wind, de grachten lagen er stralend bij en ik wist: dit wordt een goede dag.

Ik ga er niet om liegen: de wijn vloeide rijkelijk. Niet dat we dronken waren of iets dergelijks, daar zijn we veel te verantwoordelijk voor, maar enigszins licht in het hoofd: jawel. Behalve Tim dan, want die moest varen. Misschien dat hij daardoor een beetje narrig was; hij varen, wij drinken, zijn boot, ons plezier. Misschien was het zoiets. Het deed hem er in ieder geval toe besluiten ‘een stukje af te snijden’. Waren we iets eerder terug, zei Tim, en dan konden we daarna een terrasje pakken. En vonden we niet dat Sammie er wat moe uitzag? We begrepen de hint en we vonden het prima.

Totdat de boot met een werkelijk hels kabaal vastliep op een berg stenen. Daar was wel degelijk voor gewaarschuwd, bleek later, maar Tim was dan wel kapitein, al die malle borden begreep hij ook niet precies. Dus zaten we vast. Zo vast dat zowel Tim, zijn vrouw áls ik te water moesten om de sloep los te wrikken. Dat ging moeizaam. Carlijn zat aan boord, met Sammie en de hond, en gaf aanwijzingen. Sammie kreeg een vrij hysterische lachaanval van ons geploeter, die aanhield tot we druipend en met veel gezucht en gesteun aan boord waren geklauterd.

De hond keek nog altijd verdrietig. Tim zei niet veel. Ik ga binnenkort een kano kopen.

Lees ook: Hoe Marcel zijn ouders en bejaarden opnieuw ging waarderen