Martijn ligt in de clinch met een schoolpleinmoeder

18.03.2016 18:30

Martijn (38, dichter, vader van drie dochters) wordt op het schoolplein belaagd door een moeder die commentaar heeft op de ontwikkeling van zijn jongste dochter. Hij wordt er maar nerveus van.

Maandag, halfnegen. Ik kom aan op school en word aangesproken door een moeder. “Jullie leren Silvie fietsen, toch?” vraagt ze. Daarna schamper: “Het gaat nog niet erg goed. Motorisch is ze nog niet helemaal…”
“Eerst moet iets slecht gaan, dan pas gaat het goed,” breek ik haar af. Dat hoort er nu eenmaal bij. Geen idee waarom ze mij met haar mening lastigvalt.

“Nou, sommige kinderen schijnen ineens weg te kunnen fietsen.” “Dat zijn dan kinderen van ouders die liegen,” zeg ik. “Dan heb je duidelijk nog nooit met de ouders van Jasper gesproken.'” “Precies, DAAROM praat ik niet met de ouders van Jasper…” Einde gesprek.

De adrenaline jaagt nog door mijn aderen, niet door deze zeer volwassen woordenwisseling, maar door de fietsrit van daarnet. Silvie probeerde zich met haar mintgroene fietsje inderdaad constant van het leven te beroven. Eerst stuurde ze zwabberend op een auto af, aan de verkeerde kant van de weg. Ik kon haar nog net in haar kraag wegsnaaien – op zo’n manier dat mijn tientonner van een mamafiets niet om zou vallen. O, ja. Dat ding is dus zo zwaar omdat onze jongste, Lise, nog in het voorzitje wil – ook al is ze vier. De fiets is amper te hanteren, maar dat heeft vast ook iets te maken met het anderhalve meter lange stuk hout dat vanochtend dwars op mijn stuur lag. (Waarom moest Lise in hemelsnaam een stokpaard mee naar meeneemdag?).

Gelukkig fietst Eva voorop alleen. Ze is ten slotte tien. De pappa-kriebeltjes steigeren in mijn buik als ze uit het zicht verdwijnt, de hoek om richting de drukke weg. Loslaten. Maar Silvie dus niet – die heb ik de hele tijd stevig in haar kraag. Na de drukke weg, de laatste honderd meter voor school gaf ik haar een duw: “En nu zelf!” Keurig fietst ze naar het schoolplein en ze stapt af zoals ik het haar geleerd heb. Jammer alleen dat die moeder niet keek. Als ik haar nakijk stapt ze in een dikke auto.

Lees ook: Waarom je niet naar het museum moet met kleine kinderen.