Nee, inbakeren is niet zielig!

15.10.2016 04:50

Het is een methode die al heel ver terug gaat: inbakeren. Een kunstje uit oma’s trucendoos om een onrustige baby te laten slapen. Vala is fervent voorstander. Maar niet iedereen is fan.

Onlangs stond ik op een feestje met een mede-moeder te praten. Ze vroeg naar mijn baby en, natuurlijk, want dat is altijd een hot topic onder ouders, naar het slapen. Of dat een beetje ging. “Ja hoor,” antwoordde ik opgewekt, “Sinds we haar zijn gaan inbakeren wel.” En toen bleef het even stil. “Oh…” zei ze toen voorzichtig, “Nou, daar ben ik eigenlijk tegen.” Want inbakeren is zielig, was zij van mening. Alsof je je baby in een dwangbuis stopt. En ze ging nog verder. Een ‘opzettelijke inperking van haar vrijheid’ was het zelfs, volgens haar. Tja, wat zal ik er eens van zeggen? Mijn baby slaapt. En wij dus ook. Need I say more? Wat mij betreft dus niet.

Lees ook: 35 Dingen die je denkt tijdens het huiluurtje van je baby.

Ik zweer erbij, bij inbakeren. Sterker nog: het heeft mijn leven gered tijdens mijn eerste jaar als moeder. Mijn zoon was een enorm onrustige slaper. Wild maaiend met zijn armen lag hij in zijn bedje, zichzelf constant voor z’n eigen gezicht slaand en totaal hysterisch van alle ruimte om hem heen. Tijdens weer een wanhopige nachtelijke wieg-sessie ontdekte ik op internet de Heilige Graal: het inbakerzakje. Ik stopte hem erin en toen ging de hemel open: mijn kind slaakte een gelukzalige zucht en viel in slaap. Pure magie was het, wat mij betreft verdient de bedenker van het inbakeren een standbeeld. Maandenlang heeft mijn zoon geslapen in zijn ‘mummiepak’, zoals wij dat noemden, het was de enige manier waarop hij rust vond. En wij dus ook en dat was heel veel waard.

Sindsdien is de inbakerzak gaan behoren tot mijn standaard baby-uitrusting. Maar ik heb me vaak moeten verdedigen. Want er zijn veel mensen die het sneu vinden voor zo’n kleintje, om zo ingesnoerd te worden. Want, zo redeneren ze, jij zou toch ook niet zo in bed willen liggen? Wat men vaak vergeet is dat de wereld buiten de baarmoeder voor een kleine baby plotseling wel heel erg groot is. Dat hij in de buik bij mama totaal opgekruld lag, in een klein donker huisje, waar hij helemaal beschermd was. En dat dat wegvalt als dan ‘ie opeens in een bedje moet slapen, met een zee van ruimte om hem heen. Daar zou ik nou bang van worden, als mij dat plotseling zou overkomen. En dat geldt dus ook voor menig baby.

Natuurlijk is het geen wet van Meden en Perzen, niet alle baby’s hoeven ingebakerd. Want ook voor die kleintjes geldt: zoveel mensen, zoveel wensen. Mijn oudste dochter vond het bijvoorbeeld niks. Die werd alleen maar kwaad als ik haar probeerde in te wikkelen en dus bleef het zakje bij haar in de kast. Tja, ook nu als kleuter wil ze graag groots en meeslepend leven en dat zat er gewoonweg al vroeg in. Maar haar kleine zusje vindt haar ‘dwangbuis’ wel weer fijn en sinds ik haar daar ’s nachts in opsluit, slapen we allemaal een heel stuk beter. Dus nee, inbakeren is niet zielig en als ik nog 100 kinderen krijg (wat op zich niet in de planning zit, want ik ben nu écht wel klaar met baren), dan probeer ik ze alle 100 in te wikkelen. Inbakeren kan die overgang van baarmoeder naar buitenwereld net dat kleine beetje makkelijker maken. Waardoor niet het hele gezin binnen de kortste keren de wallen gezamenlijk op de knieën heeft hangen. Want dát vind ik persoonlijk zieliger dan slapen als een rolmopsje.

Lees ook: Wat je niet moet zeggen tegen de moeder van een huilbaby.