44 dingen die je denkt als je kind voor het eerst naar school gaat

03.09.2015 05:00
We gaan weer naar school!

Vorige week ging Marits jongste kind voor het eerst naar school. En ja, daar werd ze best een beetje weemoedig van. Het einde van een tijdperk.

Sinds kort heb ik niet één, maar twee schoolgaande kinderen (mijn oudste zit in groep 3.) Na zes jaar namen we afscheid van de crèche. De plek waar de ‘juffies’ mijn kinderen begroetten met een knuffel en gedag zeiden met een dikke zoen, waar mijn zoon en dochter chili con carne leerden eten en onbegrijpelijke kunstwerken maakten, samengesteld uit ongekookte macaroni en watten. Ze kregen er waterpokken (goddank geen luizen), sloten hartverwarmende vriendschappen en liepen er hun eerste peuter-crush op. Haast bij het wegbrengen had ik nooit, want ouders mochten tot 10.00 binnendruppelen. Als ik vertrok liep er altijd een juffie mee naar het grote raam om te zwaaien. Mijn dochter liet ik negen van de tien keer huilend achter, mijn zoon gaf geen kick.

LEES OOK: De wonderlijke wereld van de basisschool (…je kunt er maar beter op voorbereid zijn)

Anderhalve week terug vertrok mijn zoon voor zijn eerste schooldag. Rood rugzakje om, twee iele gebruinde beentjes onder zijn korte broek. Aan de hand van zijn grote zus huppelde hij richting school. Niet zozeer hij, maar ik zag er tegenop. Dit is wat ik gedurende zijn eerste schooldag dacht:

  1. Voortaan gaat de wekker dus om 07.00. Elke dag. (Slik)
  2. Ik mis de crèche nu al.
  3. Wat trek ik hem aan? Skinny en sneakers?
  4. Toch maar niet. Skinny krijgt hij niet zelf uit. Niet handig met plassen.
  5. OMG, hoe zal dat gaan met plassen? Hij had gisteren nog een ongelukje. Toch maar een extra droge boek mee.
  6. Lukt het hem om zijn nieuwe Cars-beker open te draaien?
  7. En wéér dicht?
  8. In geval van lekkage, want drinkbeker niet goed dichtgedraaid: hoe waterbestendig is deze rugzak eigenlijk?
  9. Mocht hij nou wel, of niet zoet beleg mee naar school?
  10. O’jee, ik heb alleen salami als hartig beleg in huis.
  11. Ben trouwens benieuwd of hij zijn boterhamkorsten op school wel opeet.
  12. WTF?! Is het nu al 08.15. We moeten weg!
  13. Waar zijn mijn sleutels?
  14. Shit, shit, shit, ik ben vergeten zijn tanden te poetsen. Waar is zijn tandenborstel?!
  15. O hell, tandenpoetsen komt vanavond wel weer. We moeten NU de deur uit. Nog vijf minuten.
  16. Waarom lopen vierjarigen toch zo langzaam?
  17. O’jee ik zie het schoolhoofd al buiten bij de ingang staan. En hoor ik daar de bel? Lief blijven lachen, lief blijven lachen.
  18. Pff, ik ben niet de enige moeder met een make-uploos hoofd en warrig haar.
  19. Waar is de juf? Aha, daar is de juf. Zijn ze tegenwoordig allemaal zo jong?
  20. Hè, wat, nog een juf? O wacht, dat is de hulpjuf.
  21. Hoe heette die eerste juf ook al weer?
  22. Poe hee, dertig gillende kleuters in een klas – chaos!
  23. Lieve andere schoolmoeder, je zit op de stoel van MIJN kind. Move!
  24. God, ik hoop niet dat mijn kind naast dat ene ettertje hoeft te zitten.
  25. Ja, ettertje ik kijk naar jou. Waag het niet om mijn kind aan te raken. Of ik wacht je op na de bel.
  26. Gelukkig, mijn zoon zit tussen twee beeldige meisjes. Ik hoop dat die linker zijn vriendinnetje wordt.
  27. Wat als hij geen nieuwe vriendjes maakt?
  28. Wat is hij eigenlijk nog klein. Kijk hem nou zitten.
  29. Als hij de juf maar geen ‘dikzak’ noemt.
  30. Of opeens tijdens het kringgesprek het refrein uit Drank & Drugs begint te citeren.
  31. Als hij straks bij het afscheid maar niet gaat huilen.
  32. Daar gaat de tweede bel. Zie ik daar een beginnende trillip?
  33. Gelukkig, hij houdt zich groot. Stoer kind heb ik toch.
  34. Zou nog naar me zwaaien vanachter het raam?
  35. Kijk dan, kijk dan. Mmm. Ik ben al niet meer in beeld.
  36. Staat mijn iPhone niet op trillen? Straks belt school en hoor ik het niet.
  37. Telefoon gaat. Zie je wel, daar heb je het schoolhoofd. Mijn kind heeft het ettertje in elkaar getimmerd.
  38. Net goed.
  39. Het is mijn moeder.
  40. Het is wel leeg in huis. En stil.
  41. Kijk die berg wasgoed. Daar heb ik nu wel tijd voor.
  42. Kopje koffie dan maar?
  43. Ho even, praatte ik zojuist hardop tegen mezelf?
  44. Is het al 14.00? Ik mis mijn kind.

LEES OOK: Welke dag is het vandaag? En nog 14 dingen die iedere thuisblijfmoeder herkent

Tollend van vermoeidheid stond hij in de deuropening. Met een grote grijns rende hij op me af. Daarna wilde hij spelen. En een surprise-ei. Natuurlijk gaf hij geen antwoord toen ik hem vroeg wat hij allemaal had gedaan op zijn eerste dag. Ik onderzocht zijn rugzak. Zijn beker had grandioos gelekt. De broodkorsten waren op. Er zat een verlept knutselwerkje in. Nog geen uur later viel hij thuis op de bank in slaap en werd twee uur later pas weer wakker.