Hartverwarmend: grote broer neemt het in vliegtuig op voor zusje met autisme

29.04.2019 04:50

Iedere ouder weet: vliegen met kinderen is niet makkelijk. En als je kind een beetje anders is dan anderen, wordt het een extra uitdaging. Helemaal als andere passagiers dan ook nog een duit in het zakje gaan doen.

Michelle Smith vloog samen met haar zoon Kai en haar dochter Sienna van Engeland naar Frankrijk voor een bezoekje aan Disneyland Parijs. De 5-jarige Sienna heeft autisme en een aandoening genaamd idic15, wat ervoor zorgt dat ze niet goed kan praten en motorische moeilijkheden heeft. Logischerwijs gedraagt zij zich dus niet als een gemiddeld, normaal kind. En alsof dat al niet moeilijk genoeg is, was een medepassagier van mening dat het gezin daarom geen recht had om met het vliegtuig te reizen. “Jullie zouden niet meer moeten vliegen” gaf ze Michelle te verstaan, “Je dochter is een last voor andere mensen.” Zo. BAM. Dat je ’t maar even weet, mama. Rot op uit mijn vliegtuig met je rare kind.

Auw. Pijnlijk. Ik kan me zo goed voorstellen hoe deze moeder zich gevoeld moet hebben. Want zulke dingen, ze zijn schering en inslag als je een kind hebt dat niet ‘normaal’ is. Ik weet er, met mijn autistische zoon, alles van. Want kinderen (of ménsen dus eigenlijk, ik dacht, ik benadruk het nog maar even) met een stoornis, een ziekte, of een handicap, daar heeft de wereld steeds minder zin in. Prima, dat wij zo’n kind op de wereld hebben gezet, maar hou het dan vooral bij je, is heel vaak het credo. Want de perfecte mensen, die mogen er vooral geen last van hebben. Die hebben namelijk blijkbaar veel meer recht op lebensraum.

Gelukkig zijn er ook nog mensen zoals Sienna’s grote broer Kai, die zich tot de vrouw in kwestie wendde en haar vroeg of zij het soms leuk zou vinden om gediscrimineerd te worden. “Mijn zusje is heel erg belangrijk voor me.” zei hij en snoerde de zure dame daarmee de mond. Ik zeg: go Kai, groot gelijk! Want waar gaat het heen met de wereld als mensen zo gaan denken als deze vrouw in dat vliegtuig? Kunnen we dan binnenkort nergens meer heen met de kinderen die niet helemaal binnen de gebaande paden lopen? Sorry, maar als moeder van zo’n kind zeg ik dus echt: fuck dat. Als ik mijn zoon wil vliegen dan doe ik dat. En ja, ik zal er dan mijn uiterste best voor doen om ervoor te zorgen dat hij niet die hele kist op stelten zet, maar weet je: there’s only so much I can do. En daarna is het een kwestie van je ziel in lijdzaamheid bezitten en als medepassagier bedenken dat dit voor jou wellicht misschien een paar irritante uren zijn, maar dat het voor ons ons hele leven is. Dus, beste mensen: suck it up and deal with it. Van een beetje autisme in een vliegtuig is nog nooit iemand dood gegaan.

Kinderen, mensen, met een handicap, zijn precies dat: ménsen. Die net zoveel rechten hebben als ieder ander. Of het nou thuis, op school, in de speeltuin, in een restaurant, in een vliegtuig, of waar dan ook is. We zijn namelijk met z’n allen op deze wereld. En ik moet je eerlijk zeggen: ik vlieg nog liever met 250 autisten 24 uur lang naar de andere kant van de wereld, dan met één azijnpisser een uurtje naar Disneyland Parijs. Want dat ene uurtje, dát is pas een last.

Lees ook: Door de ogen van een autistisch jongetje… Zou jij het halen?

(Bron: Hertfordshire Mercury)