Wake-up call: als je hond naar je baby gromt

15.08.2019 18:30
baby hond

Nee, Dribbel de hond doet de baby niets. Maar dat wil Annemieke graag zo houden.

Mijn dochter houdt enorm veel van honden. Roep ‘Dribbel, kom!’ en ze slaat met haar armpjes heen en weer van vreugde wanneer de hond aan komt rennen. Té schattig! Dribbel is echter niet haar favoriet, maar Rocky, de hond van mijn ouders. Rocky is een groot zwart beest van ruim 30 kilo en de reden dat mijn ouders nogal weinig bezoek krijgen. Het soort viervoeter waarmee je perfect in je eentje ‘s avonds laat een wandeling door een slechte buurt kunt maken; niemand die je wat doet. Een hond die je graag bij je wil hebben als je langs een groep hangjongeren moet en vervelende opmerkingen of erger verwacht. Maar op het eerste gezicht nou niet echt een hond die je bij je baby in de buurt wilt.

Hondje voeren

Helaas denken Zoë en mijn moeder daar anders over: samen Rocky aaien en ‘m een oud stuk stokbrood voeren is het hoogtepunt van mijn baby’s week. Ik krijg zowat een hartaanval bij het zien van die hoektanden in de buurt van de babyvingertjes, maar ik moet toegeven dat het beest zich beter gedraagt dan het gemiddelde kinderboerderijschaap. Rocky doet netjes zit & blijf en heeft, in tegenstelling tot onze eigen hond, nog geen enkele poging gedaan het brood voortijdig uit het babyhandje te rukken. Wat ook maar goed is, want hij heeft erg grote tanden die nogal wat schade aan kunnen richten. Zo heeft ‘ie al een keer een ander hondje zo erg gebeten dat het arme beest met spoed naar de dierenarts moest voor een dozijn hechtingen. Waarom? Dat weet niemand. Met onze Dribbel is ‘ie gelukkig de beste maatjes, maar misschien was die andere hond niet zo vriendelijk? Of komt het door onverwerkte jeugdtrauma’s? In Spanje worden honden helaas vaak niet zo goed behandeld als in Nederland. Rocky in ieder geval niet: z’n vorige eigenaars hebben ‘m in de straat waar mijn ouders wonen uit de auto gesmeten en achtergelaten.

Knuffel voor de baby hond

Ook Dribbel is aan komen lopen. We hebben geen flauw idee wat er in het eerste halfjaar van zijn leven gebeurd is, maar weten dat onze ex-zwerfhond niet van kinderen houdt. Hij gromt naar loslopende koters, heeft al meedere keren vlak voor een vervelend kind zijn kaken op elkaar geklapt en heeft zelfs eventjes zijn tanden gezet in een t-shirt en spijkerbroek van neefje en nichtje toen ze als idioten door ons huis renden. Maar Zoë, die zou ‘ie nooit wat doen. Dacht ik althans. Want onze hond snapt dat de baby off-limits is. Hij weet zelfs dat ‘ie niet met haar speelgoed mag spelen. Zoë heeft heel veel knuffels waar de hond niet aan mag komen; Dribbel heeft er twee waar de baby vanaf moet blijven: ‘Aapje’ en ‘Beertje’. Aapje hebben we al drie maanden niet gezien en ligt waarschijnlijk ergens in de tuin begraven, Beertje ligt meestal onder de bank. Zoë heeft onlangs ook een beren-knuffel gekregen. Dus zwaai ik, sukkel die ik ben, voor mijn baby met dat pluche stofdier heen en weer terwijl ik ‘Oh wat een lief beertje, kijk eens wat een leuk beertje je gekregen hebt Zoë!’ roep. Stom natuurlijk. Dribbel weet dat zijn eigendom Beertje heet, springt over de baby heen en grist de knuffel uit mijn hand. Zoë kon er gelukkig keihard om lachen. Het Beertje van de baby hebben we vervolgens maar Nijlpaard genoemd.

Hondentaal

Op het knuffel-fiasco na, hebben we nog geen enkel probleem gehad met hond en baby. Strekt mijn dochter haar armpjes uit en heeft Dribbel geen zin in het hectische mormel, dan loopt ‘ie weg. Tot een paar dagen geleden, toen onze hond naar onze baby gromde. Logisch, want Zoë probeerde naar ‘m toe te kruipen terwijl Dribbel onder de bank lag en dat is, net als de hondenmand, zijn terrein. En niet het hare – net zoals de hond never nooit in de box mag. Als de viervoeter op z’n safe place zit, hoeft het kind ‘m daar niet te storen, dus geeft ‘ie een waarschuwing door te grommen. Wat hondentaal is voor ‘Pas op, je doet iets wat ik niet leuk vind. Hou daarmee op of ik bijt’. De baby snapt dit uiteraard niet en dus is het aan mij als roedelleider om te zorgen dat dit niet had kunnen gebeuren. En mijn fout dat ik haar niet al weggehaald heb toen ze richting bank kroop. Want dat Dribbel gromt als ‘ie zich bedreigt voelt, is compleet normaal hondengedrag. Toch schrik ik ervan, vind ik mijn lieve hondje net ietsjes minder lief en beschouw het als een goede wake-up call.

Pas op voor de hond

Vooropgesteld: ik ben blij dat mijn baby met hond opgroeit. Superblij. Ik wil mijn dochter niet leren dat je bang moet zijn voor honden. Maar wel dat je altijd op moet passen. Honden kunnen namelijk bijten. En één keertje die tandjes in het babygezichtje is één keer teveel. Ieder jaar weer lees je over honden die baby’s en peuters bijten met littekens, ziekenhuisopnames of zelfs de dood als gevolg. Omdat ze vals zijn, of niet goed afgericht, of alleen maar geschrokken. Maar meestal omdat de ouders of hondeneigenaar niet goed opgelet hebben en niet op tijd ingrijpen. Of ze hond en kind alleen gelaten hebben. Maar voor een paar seconden. Maar om eventjes naar de WC te gaan. Wat niet kan. Vooral niet nu onze dochter langzamerhand begint te kruipen en in de ogen van de hond getransformeerd is tot iets wat ‘ie niet begrijpt, een potentieel gevaar. Zowel de baby als de hond staan daarom onder permanent toezicht. Want nee, onze hond doet de baby niets. Maar dat wil ik graag zo houden.

Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K., baby Zoë en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.

Lees ook: Waarom mijn hond eigenlijk een betere moeder is dan ik