Schokkend: Nederlanders vinden kinderen nog steeds de verantwoordelijkheid van de moeder

09.08.2018 17:30

Je zou denken dat we al ver gekomen zijn op het gebied van emancipatie. Maar dat blijkt, in ieder geval in Nederland, nogal tegen te vallen. Onderzoek van Rutgers heeft aangetoond dat er in ons land nog opvallend traditioneel gedacht wordt over de rolverdeling tussen vaders en moeders.

Maar liefst een kwart van de ondervraagden in het onderzoek gaf aan van mening te zijn dat vrouwen beter voor baby’s kunnen zorgen dan mannen. Bovendien vinden veel mensen dat de zorg voor kinderen in eerste instantie de verantwoordelijkheid is van de moeder. ‘Stereotyperende rolverdeling’ noemt de directeur van Rutgers, Ton Coenen, het. Eh ja, zeg dat wel. Stereotyperend en best schokkend, wat mij betreft. Want kom op mensen, dit kun je toch gewoon niet menen? Het kan toch niet zo zijn dat we heden ten dage nog zulke gedateerde opvattingen hebben? Maar goed, heel verrassend is het eigenlijk ook niet, in het land waar we in 2018 nog in 1950 leven. Waar de meeste moeders stante pede minder gaan werken of hun carrière gewoon maar helemaal aan de wilgen hangen zodra ze met kind geschopt zijn. In het land waar vaders nog steeds ‘oppassen’ als ze een dagje bij hun eigen kinderen zijn. En waar vrouwen die naast moeder wél ook nog wat anders willen zijn per definitie neergezet worden als ontaarde feeksen, die eigenlijk beter gesteriliseerd hadden kunnen worden. Ooit stonden we te boek als progressief landje dat prat ging op het afbreken van heilige huisjes. Maar die typisch Nederlandse Calvinistische gezinswoning is kennelijk niet plat te krijgen.

LEES OOK: Man, wees niet zo op je pik getrapt – en gun je vrouw haar succes.

Zo vaak verbaas ik me over de uiterst ouderwetse mentaliteit van mijn generatie als het gaat om ouderschap. Zelf kom ik uit een gezin met twee fulltime werkende ouders en een vader die minstens 50 procent van de zorgtaken op zich nam, als het niet meer was. Ik vond dat heel normaal, maar dat dat destijds nog enigszins uitzonderlijk was begrijp ik. Onze eigen ouders waren tenslotte nog opgegroeid in heel traditionele tijden en hadden dus niet veel anders gezien en geleerd. Maar voor ons, de ouders van nu, was het anders. Wij groeiden op na maar liefst twee feministische golven, gingen als vanzelfsprekend studeren en werken en hebben ons vooral begeven in een wereld die weliswaar nog lang niet gelijkwaardig was voor vrouwen en mannen, maar waarin vrouwen in ieder geval niet langer meer veroordeeld waren tot het aanrecht. Hoe het kan dat we desondanks toch verworden zijn tot een oubollige generatie met denkbeelden die in een aflevering van Mad Men niet zouden misstaan is mij dan ook raadsel. Ik was althans in de veronderstelling dat het de bedoeling van ontwikkeling is dat er sprake is van progressie, ipv regressie.

Afgezien van het feit dat dergelijke opvattingen op sociaal-maatschappelijk gebied weinig wenselijk en bovendien schadelijk zijn, is er daarnaast geen enkel wetenschappelijk bewijs dat ze ook maar enigszins valide maakt. Mannen kunnen net zo goed voor hun kinderen zorgen als vrouwen dat kunnen. Sterker nog, uit onderzoek blijkt dat hoe meer tijd vaders met hun kinderen doorbrengen, hoe beter hun band met ze wordt. Bovendien hebben relaties waarin de zorgtaken gelijkwaardig zijn verdeeld een grotere kans van slagen. Gebleken is namelijk ook dat een groot deel van de vrouwen lijdt onder de zogenaamde ‘mental load’ van het gezin dat zij meestal vrijwel in hun eentje moeten runnen en alle taken en verantwoordelijkheden die daarbij komen kijken. Maar liefst 80 procent van de moeders kampt met psychologische problemen na de geboorte van hun kinderen, die grotendeels terug te leiden zijn naar de manier waarop de rollen in Nederlandse gezinnen verdeeld zijn. Wat ons dus zou moeten leiden naar een simpele conclusie: een vrouw zou niet in haar eentje de verantwoordelijkheid voor het gezin moeten dragen. Een man ook niet overigens. Niemand zou dat alleen hoeven doen. Gewoon, omdat dat dus te zwaar is. Bovendien: een gezin sticht je nou eenmaal meestal met z’n tweeën. Samen uit, samen thuis tenslotte. Of in dit geval: samen neuken, samen zorgen.

Gelukkig laat het Rutgers onderzoek ook zien dat 65 procent van de Nederlanders blij is met de plannen van het kabinet om het vaderschapsverlof uit te breiden. Het is weliswaar niet veel, van twee naar vijf dagen en de optionele vijf deels betaalde vrije weken, maar het is een begin. Volgens Ton Coenen is de nieuwe verlofregeling een belangrijke stap op weg naar het doorbreken van de ouderwetse zorgverdeling in gezinnen, helemaal als vaders hun verlofweken opnemen na het zwangerschapsverlof van de moeder en zij dan weer gaat werken. Op die manier worden beide ouders een bepaalde periode de primaire verzorger van hun kind, wat daarna zal zorgen voor een gelijkwaardiger verdeling van de zorg,- en gezinstaken en daarmee voor stabielere en meer meer harmonieuze relaties. “De overheid en werkgevers zouden deze vorm van solo-care moeten stimuleren” aldus Coenen. En daar kunnen wij het alleen maar hartgrondig mee eens zijn. We hebben onze klokkende rokken en onze mattenkloppers tenslotte al een tijd geleden aan de wilgen gehangen en dat vlees hoeft ook op zondag niet meer gesneden te worden, aangezien we inmiddels zo ontwikkeld zijn dat we weten dat we allemaal veganistisch moeten eten als we de planeet lang genoeg in leven willen houden om onze kleinkinderen er nog op rond te kunnen zien lopen. Dus die vaders hebben tegenwoordig sowieso tijd over. Komt dat even goed uit. Kunnen zij mooi luiers verschonen, terwijl wij die promotie binnenhalen. Welkom in 2018, Nederland. It’s a whole new world.

LEES OOK: Vrouwen per jaar een maand meer dan mannen (en ze zijn het zat).