Als je opeens bloed ziet als je zwanger bent…

24.02.2016 18:30

Een zwangerschap is een onzekere tijd. Negen maanden lang gebeurt er van alles in je buik en je moet maar hopen dat het goed gaat. Gelukkig is dat meestal ook zo en hoef je je nergens zorgen om te maken. Maar soms gebeurt er iets waar je behoorlijk van schrikt…

Op een zondagochtend stap ik onder de douche vandaan. Ik droog me af en loop met de handdoek om me heen naar boven, naar de slaapkamer. Daar tref ik Mario, vertwijfeld voor het bed aan. Vragend kijk ik hem aan. Hij zegt eventjes niks en slaat dan het dekbed terug. “Je hebt gebloed” en hij wijst op twee rode vlekken op het laken. Ik staar naar het opgedroogde bloed aan mijn kant van het bed en dan naar Mario. Snel probeert hij me gerust te stellen. “Waarschijnlijk heb je gewoon ergens een wondje.” Hij wikkelt me uit mijn handdoek en gaat mijn hele lijf langs. Tevergeefs, dat weet ik al. Ik heb nergens een wondje. Dat bloed komt ergens anders vandaan.

Lees ook: Als je die magische 12-weken grens bereikt, maar het toch nog mis gaat…

Flashback. In mijn hoofd ga ik vier jaar terug in de tijd. Naar mijn appartement in de Verenigde Staten, waar ik toen nog woonde, met mijn ex-Manlief. Toen Terrorist nr. 1 nog een baby’tje was en ik voor de tweede keer zwanger was. Uit bed stapte en het bloed zag. En we daarna plotseling in het ziekenhuis zaten en op een echo zagen dat ons kindje niet meer leefde. Terwijl we al twee goede echo’s en drie maanden op weg waren. Vier jaar later beleef ik dat moment opnieuw, maar nu in mijn Nederlandse slaapkamer, met Mario, die er net zo verslagen naast staat als destijds mijn ex-Manlief.

De verloskundige staat binnen een kwartier voor de deur. Terwijl de Terroristen nietsvermoedend voor een filmpje zitten, gaan wij naar boven, waar ik op het bed ga liggen en mijn buik ontbloot. Ze smeert de doppler in met koude gel en ik pak Mario’s hand, bang voor wat we niet gaan horen. Maar vrijwel meteen nadat het apparaatje mijn buik raakt, galmt de hartslag van ons Stipje door de kamer. Krachtig en snel, alsof het zeggen wil: “Rustig maar, ik ben er nog.” Heel even moet ik lachen, om daarna meteen in onbedaarlijk huilen uit te barsten. Ik ben mijn derde Terrorist niet kwijt.

Deze zwangerschap, dit derde kindje, ik heb er best een beetje aan moeten wennen. Misschien tot nu toe zelfs gedaan alsof het niet meteen zo in mijn hart zat als mijn twee eerste Terroristen. Gedaan alsof dus, want, zoals een vriendin de volgende dag zei toen ik vol schaamte vertelde over mijn huilbui waar de verloskundige bij was: “Waarom zou je je schamen? Het betekent juist dat dit kindje heel gewenst is. En dat je nu al heel erg zijn moeder bent.” Wat natuurlijk waar is. Want alhoewel mijn Stipje een surprise-ei is, is hij of zij nu al heel diep onder mijn huid gaan zitten en moet ik aan een herhaling van wat er vier jaar geleden gebeurd is echt niet denken. Maar kan het alsjeblieft heel snel zomer worden, zodat ik mijn verrassing vast kan houden? Want dat afwachten en maar hopen dat het goed komt, ik vind het iedere keer weer enger worden.

Bloed tijdens de zwangerschap, het hoeft niks te betekenen. Het kan gewoon een geknapt vaatje zijn, of een blaasontsteking (ook niet leuk, maar geen drama). Maar doodeng is het wel. Want weet je eenmaal dat er een mensje in je buik zit, dan ga je je daaraan hechten, ook als dat nog maar zes, of twaalf, of in mijn geval dit keer vijftien weken, oud is. Mijn Peanut ben ik vier jaar geleden kwijt geraakt en hoewel ik er daarna mijn prachtige Terrorist nr. 2 voor terug heb gekregen, hoef ik niet nog een keer een gestopt hartje op dat scherm te zien. Dit kindje wil ik echt niet meer verliezen, want mijn Stipje, die hoort nu al gewoon helemaal bij mij.

Lees ook: Suus kreeg 7 miskramen.