‘De verloskundige feliciteerde ons met onze zoon, en ik was verbijsterd’

19.06.2019 18:30

Ze zou een meisje krijgen, volgens de echo, en daar was Inga (29) heel blij mee. Tot de baby werd geboren en het toch een jongen bleek te zijn.

Lees ook: Waarom ik jaloers ben op moeders met een meisje

“Achteraf schaam ik me wel een beetje voor mijn blijdschap. Ik was twintig weken zwanger en bloednerveus voor de echo. Daarbij dacht ik niet eens aan de gezondheid van de baby, maar vooral aan de vraag: wat zal het zijn? Ik had het aan niemand verteld, maar diep vanbinnen verlangde ik zo naar een meisje.

Mijn gevoel zei ook dat de baby in mijn buik een meisje was, misschien omdat ik het zo graag wilde. Ik zag een roze kamertje voor me, schattige jurkjes, ik had stiekem zelfs al een prachtig zachtroze rompertje gekocht. Belachelijk natuurlijk omdat ik helemaal niet wist wat ik zou krijgen, het ding was nog hartstikke duur ook. En toen kwam het verlossende woord tijdens de echo: het was inderdaad een meisje. Ik huilde van blijdschap, ook omdat de baby helemaal gezond bleek te zijn. Mijn vriend was ook heel blij, al maakte het geslacht hem echt niet uit.

Na die echo ging ik helemaal los: pakjes, mutsjes, die roze babykamer. Zelfs een knalroze kinderwagen. Mijn vriend bekeek het allemaal met gefronste wenkbrauwen. Natuurlijk, gezondheid is het allerbelangrijkste, maar wat was ik blij met mijn meisje. We bedachten een naam, en een jongensnaam voor je-weet-maar-nooit, maar nooit had ik gedacht dat dat je-weet-maar-nooit de waarheid zou worden.

Ik was bijna veertig weken zwanger toen de bevalling begon. Het ging snel, binnen zes uurtjes zat ik al op volledige ontsluiting, het persen ging ook vlot. ‘Daar is ze, daar is ze’, zei ik huilend van geluk toen de baby op mijn buik werd gelegd. De verloskundige keek, en keek toen nog eens, en zei niets. Mijn vriend had het ook al gezien, maar zei ook niets. Ik kon alleen maar verrukt naar mijn kind staren. Daar was ze dan, onze Sophia. ‘Ehm, lieverd’, zei mijn vriend toen. ‘Ik geloof dat de baby een kleine verrassing voor ons in petto heeft.’ Ik begreep echt niet wat hij bedoelde, ook niet toen hij begon te lachen en riep: ‘Het is een jongen, Ing! We hebben een zoon!’ De verloskundige moest ook lachen. ‘Nou, gefeliciteerd met jullie zoon’, zei ze, en ik was verbijsterd.

Lees ook: “Ik krijg een jongetje en nu ben ik teleurgesteld”

Heel eerlijk: ik vond het verschrikkelijk moeilijk. Twintig weken lang had ik geleefd met het idee dat ik een dochter zou krijgen, en nu moest ik dat bijstellen. Dat ging niet zomaar, het heeft echt twee, drie weken geduurd voor dat gevoel verdween. De baby – we noemden hem Tycho, onze je-weet-maar-nooit naam – kon er natuurlijk niets aan doen, en ik richtte het ook niet op hem. Ik hield van hem vanaf de allereerste seconde. Het zat in mij, een combinatie van moeite met omschakelen, teleurstelling en ook wel paniek, want die roze kamer en kinderwagen, die konden echt niet. Gelukkig stond mijn broer dezelfde avond de muren mintgroen te schilderen.

Na een paar weken wende ik eraan, shopte opnieuw het halve internet leeg en werd met de dag trotser: dit is mijn zoon. Mijn zóón. Binnen onze familie en vriendenkring werd het natuurlijk hilarisch gevonden. Inga met haar roze explosie, en nu dit.

Achteraf denk ik: dit was gewoon een les. Een les in maakbaarheid, of eigenlijk: niet-maakbaarheid. Het was goed voor mij om op deze manier geconfronteerd te worden met mijn eigen gedrag. In plaats van blij en dankbaar te zijn dat ik überhaupt zwanger kon worden en ook nog een gezond kind kreeg, staarde ik me blind op zoiets onbelangrijks als het geslacht. Tycho is nu vier maanden en elke keer als ik hem zie, ben ik verliefd. Ik kan me niet eens meer voorstellen dat hij een meisje zou zijn. Hij is gewoon hij en hij is perfect. De print van de echo staat ingelijst op een kastje. Soms als ik erlangs loop, moet ik lachen om mezelf.”

Lees ook: Ik hou van mijn zoon; maar toch ben ik echt een meisjesmoeder