Zie je er eenmaal uit alsof je elk moment kan knappen, dan is het aftellen tot de bevallingsverhalen beginnen binnen te stromen. Moeders vinden namelijk niks fijner dan hun eigen bevalling in geuren en kleuren uit de doeken doen aan iemand die de loopgraven nog in moet. Waarom? Al sla je me helemaal dood, ik weet het echt niet. Gedeelde smart is halve smart, ofzo? Maar is het niet veel empathischer om die smart gewoon bij je te houden, in ieder geval tot haar boeltje down under weer aan elkaar geniet is? Ik vind van wel.
Lees ook: Deze ‘verrassingen’ staan je te wachten (tijdens en na de bevalling!).
Nu het weer bijna mijn beurt is, krijg ik van menigeen haar play by play onomwonden voorgeschoteld, of ik er nou om gevraagd heb, of niet (niet dus). Zo was er laatst iemand die mij tijdens een etentje vertelde dat haar kind tijdens de bevalling zó groot bleek te zijn dat hij met zijn schouders vast kwam te zitten, allerlei botten brak en tijdens zijn verwoestende helletocht richting het licht ook nog eens allevier haar schaamlippen plus haar perineum meenam. Nou, toen zat ik wel even met mijn onderkantje te knijpen tussen de broodjes met tapenade door.
Of die collega die mij plotseling uit de doeken deed hoe haar baarmoeder tijdens het persen gewoon met haar onderkantje mee naar buiten kwam, waardoor ze na de bevalling eigenlijk alleen nog maar wijdbeens kon lopen door die lellende lap vlees tussen haar benen en uiteindelijk terug naar het ziekenhuis moest om een aluminium zeiltje in haar onderste regionen vast te laten stikken, zodat ze nu voor altijd door het leven moet met een bionische flamoes. Ja, ik weet het niet hoor, maar door dat soort verhalen heb ik toch de neiging om dat kind gewoon maar binnen te houden. Eeuwig zwanger is niet ideaal, maar in ieder geval altijd nog beter dan dat ik straks de restanten van mijn punani van de verlosvloer af kan krabben.
Ik ben al twee keer eerder bevallen, leef nog steeds en kan vooralsnog geen satellietsignalen ontvangen met mijn baarmoeder, dus op zich zouden dergelijke verhalen me geen slapeloze nachten moeten bezorgen. Maar toch lig ik ‘s nachts wakker met visioenen van scheurend weefsel en rondspattend bloed op mijn netvlies. Van Grey’s Anatomy achtige beelden van een peloton mensen in witte jassen en met mondkapjes op, die me in vliegende haast en gillend als een speenvarken op een brancard richting de O.K. rijden, onderwijl dingen als “Code Rood!” en “Hijs de bloedzakken!” scanderend. Omdat andere vrouwen, strijdmakkers notabene, mij moedwillig de stuipen op het lijf jagen. So much for sisterhood.
Daarom dames, mag ik jullie vragen: kunnen jullie je bevallingen niet gewoon bij je houden? Vertel het aan je man (die is toch al getraumatiseerd), verwerk het middels tantrische mindfulness-sessies, schrijf voor mijn part je baarmemoires, maar alsjeblieft, dump je vruchtwater niet in mijn schoot, oke? Ik heb al genoeg aan mijn eigen baarmoeder die zich straks weer binnenstebuiten moet gaan keren, daar kan ik jouw driedubbele totaalruptuur tot aan je kin en je voor het leven getekende lubberlippen gewoon niet bij gebruiken. Ladies, please have mercy. Als dat kind eruit is, dan praten we wel weer.
Lees ook: Ik ben ‘onnatuurlijk’ bevallen en daar ben ik trots op!
Vala van den Boomen (38) is moeder van drie kinderen: een zoon van 10, die autisme heeft, en twee dochters van 8 en 4 jaar die beiden het Syndroom van Ehlers-Danlos hebben (net als zijzelf). Op Me-to-We schrijft ze over het reilen en zeilen in haar enigszins gemankeerde, maar wel erg leuke gezin. Met haar artikelen hoopt ze andere moeders een hart onder de riem te steken en wat nuchterheid (en het nodige sarcasme) te brengen in de hysterie die het ouderschap van tegenwoordig vaak is. Je vindt haar verhalen ook op Vala.nl.