Brief aan ons toekomstige (denkbeeldige) huisdier

04.04.2019 18:30
Brief aan ons toekomstige (denkbeeldige) huisdier

Brenda is opgegroeid met huisdieren, maar moet er niet aan denken om ze zelf te hebben. Hoe goed het ook is voor kinderen, voor haar gezin geen poes, hond of hamster. Althans: dat is het plan.

Lief huisdier,

Jij, jij die er nooit zal komen. Echt, ik vind je reuze schattig en lief, maar ik zit zó niet op jou te wachten. Het spijt me dat ik zo hard voor je ben. Het ligt niet aan mijn jeugd, of misschien toch ook weer wel. Ik had als kind een wandelende tak (die zwanger bleek en dus had ik ineens driehonderd kleine wandelende takjes die door het luchtrooster van hun bak kropen), een reeks goudvissen (want ze gingen zo snel dood), een konijn (die ook zwanger bleek en haar kleintjes na de geboorte onthoofde), een doorgedraaide poedel (die dacht dat hij een pitbull was), een parkiet (die ontsnapte), een papegaai (die de geluiden van de psychisch gestoorde poedel nadeed en dus uit huis werd geplaatst), een hamster (die me uit mijn slaap hield in zijn piepende loopmolentje) en later een Dobermann. Dat was mijn beste vriend. Maar hij ging dood aan kanker. Anuskanker, geen grap. In mijn studententijd nam ik een konijn op mijn kamer. Hij sproeide met zijn plasser dagelijks mijn hele inboedel nat, waardoor mijn hok van 12 vierkante meter qua geur niet onderdeed voor zijn eigen hok.

Kippen in de keuken

Bij mijn zusje lopen de kippen over het aanrecht en de geit in de gang. Zij is stapelgek op dieren, niks is vies, en haar kinderen genieten ultiem. Prachtig om te zien! Genetisch en opvoedkundig gezien zou ik dus ook best een huisdierenfetisj kunnen hebben. Ik hou oprecht veel van dieren, ik probeer ze ook zo min mogelijk te eten. Maar ik hoef ze niet in mijn huis. Eén soort staat met stip bovenaan mijn zwarte lijst: katten. Los van het feit dat ze me binnen tien minuten omtoveren in Fiona van Shrek (opgezwollen ogen, hijgen, een huid vol schilferende bulten), vind ik dat tenenkrommend eigenwijze, zelfingenomen beesten. Katten hebben gewoon schijt aan hun baasjes en als we het dan toch over poep hebben: dat doen ze dus altijd in andermans tuin. Of in een kattenbak in de keuken, gátverredamme. En die eeuwige haren altijd, overal, en zei ik al altijd? Nee, mijn kinderen krijgen geen kat.

Uitlaatdienst

Honden dan, die vind ik dus best leuk. Trouw, aaibaar, lief en je kunt ze goed leren luisteren. Maar een hond is een half kind: Heel Veel Werk. Voordat je de kinderen in de regen naar kinderdagverblijf of school brengt, moet je al met dat beest de hort op. En in de avond net zo, precies als je Netflix-stoned richting je bed wilt zwalken om lekker onder de dekens te kruipen. Plus: als je werkt, heb je een uitlaatdienst nodig en moet hij de rest van de dag achter de geraniums zitten. Ga je op vakantie, wat met kleine kinderen al een missie op zich is, zit je ook nog met Fikkie of Brutus. Moet ‘ie mee, dan komt er nog een eis bij voor je bestemming. Gaat ‘ie uit logeren, dan kun je de portemonnee verder opentrekken dan je voor die vakantie an sich al deed. Is ‘ie ziek, dan kost de dierenarts je vervolgens je aankomende wintersport.

Net een baby

Hamsters, muizen, konijnen, vissen, kanaries: die vallen voor mij in de categorie Totaal Nutteloze Gezelschapsdieren. Je moet er van alles voor doen om ze kwaliteit van leven te geven, maar ze leveren jou weinig op. Eigenlijk net als baby’s, maar die zijn me toch altijd heel dierbaar geweest. Ik heb drie kinderen, daar hoeven geen dieren meer bij om mijn leven completer te maken. Noem me lui, ik heb daar echt nul zin in. Een huisdier staat voor mij gelijk aan gedoe en extra zorgen. Jammer voor mijn kinderen natuurlijk, want misschien willen zij straks wél een huisdier. Schijnt ook hartstikke goed voor ze te zijn trouwens: het zorgen voor een huisdier blijkt ze verantwoordelijkheidsgevoel te geven, empathischer te maken en meer zelfvertrouwen te geven. Bovendien: het aaien van een dier brengt de stress in je lijf omlaag, dat is wetenschappelijk aangetoond. 

Samenspannen

Ondanks jouw goede uitwerking op kinderen, lief huisdier, blijf ik anti jou. Als mijn kinderen ooit gaan samenspannen om jou toch te kunnen krijgen, verscheur dan alsjeblieft deze brief. Vergeef me mijn woorden. Ik zal mijn best doen om goed voor je te zorgen, want jij en ik weten allebei dat het verantwoordelijkheidsgevoel dat jij bij kinderen oproept, niet langer duurt dan die eerste twee weken. Dat ze zelfvertrouwen krijgen van verzorgingstaken uitbesteden aan hun moeder, en dat hun empathie stopt zodra het vriest. En dat de stresshormonen uiteindelijk door mijn lichaam gieren. Maar mocht het zover komen dat ik de deur toch voor je op een kier heb gezet omdat mijn kleintjes dat zooooooo graag wilden, ik zal er voor je zijn. Zelfs als je onverhoopt, per ongeluk, vermist raakt. Ik zal flyeren in de buurt tot ik er bij neerval, dat beloof ik je.

Ik hoop je zo voldoende te hebben ingelicht. Met vriendelijke groet,
Bre… Anoniempje

Lees ook: 16 huisdieren met gemengde gevoelens over de zwangerschap