21 Kwalen die je kind kan oplopen op het kinderdagverblijf en wat je eraan kunt doen

28.09.2015 05:00

Jawel, de zomer is nu echt voorbij, het is weer herfst. En dus: tijd voor snot, kots en poep! Het virusseizoen staat weer voor de deur. Heb jij een kind op de opvang, dan heb je de Sinaspril en neusspray waarschijnlijk al in bulk ingeslagen. Want iedere ouder weet: een week op het kinderdagverblijf en je schatje heeft de builenpest. Waar er dagelijks een dozijn peuters elkaar en daarnaast ook het meubilair aflikken, vieren de bacillen namelijk hoogtij. Misschien kun je de schade nog enigszins beperken door je kind iedere dag te weken in de Biotex, maar helemaal zonder kleerscheuren komt geen enkel gezin de winter door. Dit kun je, onder andere, allemaal verwachten:

  1. Verkoudheid. Natuurlijk met stip op één: de snotneus. Dé trademark van het Nederlandse kind. Liefst zo groen en slijmerig mogelijk. Weinig aan te doen, behalve een familiepak Kleenex in de luizenzak stoppen.
  2. Krentenbaard. Klinkt vies? Zo ziet het er ook uit. De officiële naam is ‘impetigo’ en het is ontsteking van de huid. Er ontstaan kleine bultjes, die veranderen in met vocht gevulde blaasjes. Krentenbaard is besmettelijk. Naar de huisarts dus en een zalfje halen, want het gaat niet vanzelf over.
  3. Griep. Een klassieker. Steekt in vele vormen de kop op, het is ieder jaar maar weer afwachten welke variant er heerst. Duurt meestal wel een week en gaat gepaard met koorts, snot, poep, kots, pijn in het hele lichaam en algehele malaise. Veel knuffelen en filmpjes kijken is de enige remedie.
  4. Waterpokken. Jeukende motherfuckers. Sommige kinderen komen weg met een paar blaasjes, anderen komen eruit te zien als melaatse monsters en worden er enorm ziek van. Maar: je kunt het maar beter gehad hebben, want hoe ouder je wordt, hoe vervelender het verloop. Loopt er dus een pokkenpeuter rond op jouw kdv? Wrijf vooral je peuter er even tegenaan. Dan ben je er vanaf. Bij de apotheek is een soort schuim te koop dat verkoelend werkt. Uit grootmoeders tijd is er ook een middeltje: een zogenaamd zemelenbadje. Vul een washandje met havermout, bind het dicht en donder dat, samen met je kind in bad. Helpt tegen de jeuk.LEES OOK: Kom hier met die waterpokken!
  5. Vijfde ziekte. Nee, je dochter heeft niet met jouw blusher zitten spelen. Die vurige wangen zijn het resultaat van de Vijfde Ziekte, een zogenaamde ‘vlekjesziekte’. Besmettelijk, maar kinderen zijn er vaak niet echt ziek van.
  6. Zesde Ziekte. Nog zo’n vlekjesziekte. Begint meestal met een paar dagen hoge koorts, schrik niet als die op loopt tot boven de 40 graden. Daarna verschijnen er op de romp allemaal rode vlekjes en zakt de temperatuur.
  7. Keelontsteking. Krijsen bij het eten, al het drinken weigeren en een putlucht uit dat waffeltje? Even langs de dokter om in het keeltje te laten kijken. Kinderamandelen willen nogal eens opspelen. Heeft je kind steeds terugkerende keelontstekingen? Dan is het misschien het overwegen om ze te laten verwijderen.
  8. Oorontsteking. De nachtmerrie van iedere ouder. Nachtenlang gillen van de pijn en vaak weet je in eerste instantie niet wat er nou aan scheelt. Mijn mantra na drie onontdekte oorontstekingen is nu: bij onverklaarbaar janken is het bijna altijd oorpijn. Laat je niet afschepen met ‘gaat vanzelf wel over’. Bij oorontsteking altijd antibiotica vragen.
  9. Pseudokroep. Haal je kind opeens adem als een op hol geslagen automotor, vooral ‘s nachts? Dan zou het weleens kroep kunnen zijn. Pseudokroep is een virale ontsteking van de bovenste luchtwegen, waardoor de stembanden opzwellen. Je kunt er weinig aan doen. Kinderen worden er wel soms angstig van, dus het is zaak om zelf rustig te blijven, al is het eng om je kind zo benauwd te zien. De ergste klachten nemen vaak snel af.
  10. Rode Hond. Komt eigenlijk bijna niet meer voor, maar mijn Terrorist nr. 2 heeft het gepresteerd het toch te krijgen. Begint vaak met opgezette klieren (ook op het hoofd) en daarna rode huiduitslag. Gaat vanzelf over. De klieren kunnen wel een paar weken opgezet blijven.
  11. Buikgriep. Weinig erger dan kotsende kinderen. Vooral ‘s nachts. Maar je ontkomt er eigenlijk niet aan, minstens één keer per winter. Matrasje en een teiltje naast het peuterbed en een dikke handdoek om het matrasje. Is het kind eenmaal leeg, dan is het ergste voorbij. Daarna voorzichtig bijvoederen met bouillon en rijstwafels. En een teiltje naast je eigen bed zetten, want ja, jij krijgt het dus ook.
  12. Diarree. Als je geluk hebt, is je kind al zindelijk en kan je het gewoon de hele dag op de wc parkeren. Heb je er nog eentje in de luiers, dan zitten de spetters waarschijnlijk tegen het plafond. Weinig aan te doen, alleen wel zorgen voor voldoende vocht, want met diarree drogen kinderen snel uit.
  13. Kinkhoest. Blaffende zeehond in huis? Nee, het is je kind! Voor Kinkhoest worden de meeste kinderen ingeënt, maar helaas is deze vintage kinderziekte de laatste tijd bezig met een comeback. Echt even naar de huisarts, want kan onbehandeld vervelend verlopen. De ziekte is voor babies bovendien gevaarlijk, dus echt even niet op kraamvisite.
  14. RS-virus. Verkoudheidsvirus waar zo ongeveer iedereen in de winter mee besmet raakt. Symptomen zijn snotterigheid, hoesten, benauwdheid. Gaat meestal vanzelf over, maar vooral babies onder de 1 jaar kunnen er erg ziek van worden.
  15. Waterwratten. Begint meestal langzaam en onschuldig, met een paar bultjes. Kan uitgroeien tot woekerende verzameling vieze groene bulten, die ruim een jaar blijven zitten en je kind eruit laten zien als Gollum. Whatever you do: NIET uitknijpen, hoe groot en pulserend de wratten ook zijn. Daar komen er namelijk alleen maar meer van. Uitzitten en de grootsten afplakken met een Betadinepleister is het enige dat erop zit.
  16. Prutogen. Infectie van de ogen of het oogbindvlies. Komt veel voor bij babies en kan er door de rode opgezwollen ogen naar uitzien. Voorzichtig schoonmaken met een doekje met lauw water. Een druppeltje borstmelk in het oog wil ook nog weleens helpen. Ga wel even naar de dokter, want soms is een antibioticakuurtje nodig.
  17. Roodvonk. Nog zo’n vergeten ziekte, die nog maar weinig voorkomt. Begint met hoofdpijn, keelpijn en overgeven en daarna ontstaan er rode spikkels op de huid. Je kind kan er ook een zogenaamde ‘aardbeientong’ van krijgen. Gaat meestal vanzelf over, maar hou wel in de gaten of je kind geen last krijgt van de gewrichten, dikke oogleden of vreemd gekleurde urine. Dan moet je langs de huisarts.
  18. Koortslip. Gevolg van een besmetting met het Herpes-virus. Begint vaak plotseling met hoge koorts, een branderig gevoel in de mond en opgezette lymfeklieren. Je kind wil waarschijnlijk niet eten. Even naar de huisarts voor virusremmende zalf. Koortslipjes zijn heel besmettelijk, dus je peuter kan beter even geen kusjes uitdelen. Vooral niet aan babies en zwangere vrouwen, voor wie het virus gevaarlijk kan zijn.
  19. Mazelen. Ook weer terug van weg geweest. Niet onderschatten deze kinderziekte, want de gevolgen kunnen echt lelijk zijn. De ziekte gaat gepaard met hoge koorts, rode vlekken op de huid, beginnend op het hoofd. Laat je kind veel drinken en geef het paracetamol om de koorts te verlagen. Na 7 tot 10 dagen is de ziekte voorbij. Ieder geval van Mazelen moet gemeld worden op het kinderdagverblijf of op school.
  20. Schimmel. Net zoals in het zwembad, zijn ook de wc’tjes op de opvang een broedplaats van bacteriën. Want: warm, nat en er lopen de hele dag snotterende kinderen in en uit. Een schimmeltje is dus zo opgelopen. De huisarts heeft er zalfjes voor, waardoor de plekjes snel verdwijnen.
  21. De Bof. begint meestal met een pijnlijke dikke wang en al gauw ziet je peuter eruit als Holle Bolle Gijs. Er zijn geen medicijnen voor, maar paracetamol kan de pijn een beetje verlichten.

Een hele waslijst dus, die je kind ook deze winter weer kan oplopen. Lastig, maar meestal gelukkig wel onschuldig. En je moet er wat voor over hebben, zo’n immuunsysteem. Het schijnt ook dat kinderen die naar de opvang gaan, later minder vaak ziek zijn. Kortom: no pain, no gain!

LEES OOK: Gezin in paniek, want mama is ziek!