Waarom Annemieke voorlopig niet meer naar het consultatiebureau gaat

29.11.2019 18:30
consultatiebureau

Annemieke’s baby krijgt nog steeds voorgekauwd brood en vier keer per nacht borstvoeding. Het consultatiebureau is het hier niet mee eens.

Het gaat al mis bij binnenkomst. Of mevrouw alvast een afspraak wilt maken voor de volgende keer. Nee, dat wilt mevrouw niet. Dat doe ik wel als ik weet wanneer ik weer in Nederland ben. Of niet. Net na Zoë’s geboorte zijn we één keertje naar het consultatiebureau geweest. Geen flauw idee wat precies behandeld is want ik was nog high van de roze wolk hormonen en mijn dochter poepte zodra ze naakt op de weegschaal moest, dronk toen mijn tieten leeg en kotste vervolgens alles uit.

Onvolledige groeicurve

Heb ik wat gemist dan? “Nou, zo krijgen we dus een onvolledig beeld in de groeicurve,” zegt de verpleegkundige. “Oh,” is mijn niet al te enthousiaste reactie. “Ja, want je hebt allemaal belangrijke weeg- en meetmomenten gemist. Maar je mag wel even zelf kijken hoor.” Ik zie iets waar ik bij wiskunde altijd de ballen van snapte en Zoë die in het bovenste gedeelte van de grafiek zit. Logisch, want ik ben 1.78m en K. is ook niet al te klein. Ik verzwijg dat we onze dochter altijd voor de gein samen met Dribbel bij de dierenarts op de weegschaal zetten en lieg glashard dat ze in Spanje maandelijks bij het lokale consultatiebureau komt en daar op vaste momenten gemeten, gewogen en nauwkeurig geobserveerd wordt.

Heerlijk uitgerust! Not.

Hoe ze slaapt? Nou, bagger. Samen met mij in bed, aan de borst en ze wordt gemiddeld zo’n vier keer per nacht wakker om te drinken. Aha. Wat ik daar zelf van vind, vraagt de verpleegkundige van het confrontatiebureau. Een sarcastisch ‘Nou heerlijk, echt ik ben zooooooo uitgerust!’ slik ik maar in. Ik weet waar ze naartoe wilt en antwoord dat het niet zo leuk is, maar voeg gelijk toe dat ik niet aan slaaptraining of andere ongein begin waarbij ik mijn baby laat huilen. Het gesprek dat volgt gaat ongeveer zo.

– “…oh. Dat is natuurlijk jouw eigen beslissing. Maar dat laten huilen is maar voor een paar nachtjes, totdat ze gewend is. En met een jaar heeft ze echt geen borstvoeding meer nodig ’s nachts hoor, ze zou gewoon door kunnen slapen.”

– “Dat wist ik al, maar bedankt voor deze informatie.”

– “En ’s nachts drinken is een gewoonte hè, die kan ze zelf niet doorbreken. Dus aan haar gedrag kan ze zelf niets aan veranderen, dat is jouw taak als moeder om haar daarbij helpen.”

– “Nou, ik verwacht toch echt wel dat ze dit met verloop van tijd zelf doet. Het lijkt me namelijk sterk dat dit op haar achttiende nog steeds zo gaat.”

Voorkauwen

Zoë, die ondertussen lief aan het spelen is, moet gevaccineerd worden. De verpleegkundige pakt het autootje af en mijn dochter zet het op een krijsen. “Oh, ze wordt gelijk boos. Krijgt altijd meteen wat ze wil zeker? Tsja, dan krijg je dat hè.” Ik weet niet wat ik hierop moet antwoorden dus zeg ik maar niets. Na de vaccinatie gaat het verhoor verder: of ze al met de pot mee-eet? Nee. Wat ze dan wel eet? Ik som alles op, van haar favoriete eten (pompoen) tot voedsel dat ze altijd uitspuugt (worteltjes) en van borstvoeding op verzoek tot voorgekauwd brood. Hier gaan bij de verpleegkundige alarmbellen rinkelen.

– “Voorgekauwd? Zei je VOORGEKAUWD brood?!”

– “Ja, ze wil graag brood, maar als ze stukjes eet, propt ze alles tegelijk in haar mond en stikt ze erin. Zo klinkt het althans.”

– “Maar ze kan met 12 maanden al zelf kauwen hoor. Dus je hoeft je geen zorgen te maken dat ze in een stukje brood stikt.”

– “Ja, dat weet ik wel, maar ik vind die stikgeluiden niet zo fijn, dus kauw ik het liever voor. Kleine moeite.”

– “Maar zelf kauwen is zeer belangrijk voor de ontwikkeling van de kaakspieren. En nogmaals: ze stikt niet echt hoor. Zeker niet in een stukje brood!”

– “Nou, zo klinkt het anders wel.”

Daarop wil de verpleegkundige mijn dochter een rozijntje geven. Om haar motoriek te testen, maar ook om te laten zien dat ze daar echt niet in stikt. Ik zeg dat ze van mij geen rozijntjes krijgt omdat ik dat veel te gevaarlijk vind. “Nou, van mij wel want dat kan ze gewoon,” is het kordate antwoord. Ik overweeg met dochter en al het bureau te verlaten, maar blijf braaf zitten en zeg dat ik dan maar hoop ik dat ze de Heimlich-manoeuvre voor baby’s kent. Zoë raapt het rozijntje op en gooit ‘m direct weer op de grond. Rozijntje nummer twee wordt eveneens gelijk weggesmeten. Ik wil mijn dochter high-fiven, maar houd het bij een triomfantelijk lachje.

Is dit een serieuze vraag?!

De dame van het consultatiebureau vindt mijn dochter overduidelijk een verwend nest en mij een overbezorgde paniekmoeder die veel te toegeeflijk is, maar durft dit niet ronduit te zeggen. In plaats daarvan zegt ze dat het niet goed is als Zoë altijd haar zin krijgt omdat ze later in haar leven ook met teleurstellingen te maken zal krijgen. No shit Sherlock! En als ze bijvoorbeeld die stikgeluiden maakt, ga ik er dan direct naar toe? Uh? Ik zoek naar de verborgen camera. Is dit een serieuze vraag? De verpleegkundige wacht geduldig op antwoord en ik denk erover om ‘Nee joh, dan wacht ik altijd eerst een minuut of vijf om te kijken of ze blauw aanloopt en dus daadwerkelijk stikt of alleen maar simuleert’ te zeggen. Ja natuurlijk ga ik er dan direct naar toe. Wat de fuck denkt ze wel niet?!

Knetterverwende aandachtvrager

“Aha,” is haar antwoord. “Ja, dan hou je dit aandachtvragende gedrag natuurlijk in stand. Want met een jaar kan ze echt al wel fatsoenlijk brood eten hoor.” Ik krijg steeds meer de indruk dat ze mij een waardeloze moeder vindt die haar baby voor de rest van haar leven verpest door slechte gewoontes toe te laten. Spijbelt mijn kind later van school, dan komt dat natuurlijk door die nachtelijke borstvoeding. En zit ze over een jaar of zes in de jeugdgevangenis, dan is het doordat ik vrijwel alle afspraken met het consultatiebureau heb gemist. Is ze op haar 15de al een doorgewinterde crimineel, dan komt dat doordat ik vroeger haar brood heb voorgekauwd.

We nemen nogal stroef afscheid. De verpleegkundige maakt zich waarschijnlijk zorgen over hoe dat nu verder moet met mijn stikaanval-simulerende en knetterverwende baby. Op mijn beurt vraag ik me af waarom iemand die net een kwartiertje mijn kind gezien heeft, denkt mij te kunnen vertellen hoe ik haar het beste kan opvoeden. De volgende afspraak bij het consultatiebureau? Die zal er wel niet komen.

Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K., baby Zoë en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.

Lees ook: Ja hoor: Femke was wéér te laat op het consultatiebureau