Annemieke dondert binnen een week van haar roze wolk

23.12.2018 19:00

Koorts, borstontsteking en pijnlijke hechtingen zijn geen goede combi. Maar het allerergste: Annemieke kan niet slapen. En dat terwijl haar dochter uren achter elkaar ligt te pitten.

Ik kan niet meer. Het ligt niet aan Zoë, die doet het hartstikke goed. Sterker nog: met mijn kind gaat het iedere dag beter terwijl het met mij dagelijks een stukje slechter gaat. K. snapt niet dat ik nu nog steeds iedere paar uur jank en vreest voor een postnatale depressie. Maar het is geen baby blues. Integendeel, ik ben belachelijk happy met mijn kleine wereld die uit Zoë, Zoë en nog eens Zoë bestaat. (Als er al iets is, is het lichte paniek dat ik me over een paar weken weer bezig moet houden met baby-ongerelateerde en dus onbelangrijke zaken zoals geld verdienen, boodschappen doen en een sociaal leven voeren).

Het probleem is slaapgebrek. Onthouding van slaap is niet voor niets een vorm van marteling; het sloopt je. Het stomme is dat mijn baby wel slaapt, maar ik zelf niet. “Als je nou een huilbaby had, dan snapte ik nog dat je niet kon slapen, maar die van jullie doet het zo goed!” zegt de kraamverzorgster. Ze heeft gelijk; ik heb een superrelaxte baby en voel me een loser met een luxeprobleem. “Je hebt de eerste paar dagen ook veel te veel gedaan. Je bent een kraamvrouw, dus je moet middagslaapjes houden.” Maar hoe dan? De eerste twee dagen stond ik strak van de adrenaline, hormonen en waarschijnlijk ook nog van de medicijnen waarmee ze me in het ziekenhuis platgespoten hebben. Daarna was ik in de weer met voor mijn baby zorgen, met Dribbel wandelen en kraamvisite ontvangen (nee, die moet je inderdaad niet in de eerste week plannen, maar we willen snel weer naar Spanje). En nu is het gewoon mis. Ik lig op bed en stress want ik kan niet indutten. En al helemaal geen middagslaap houden. Ik zie de wijzer van de klok bewegen en tel de minuten af die ik nog rust zou kunnen hebben als ik nu gelijk naar dromenland vertrek – wat uiteraard niet gebeurt. Heb permanent hoofdpijn en zou zo in The Walking Dead kunnen figureren. Te moe om te tukken, kan ik alleen nog maar janken.

Mijn lichaam trekt het niet meer. Behalve de hechtingen natuurlijk, die trekken als een gek. Ze jeuken en zorgen ervoor dat ik niet kan zitten. Maar het allerergste is het slaapgebrek. Nadat ik een hele nacht met pijnlijke borsten heb liggen woelen en in acht uur tijd drie keer de natgezwete bedlakens heb verschoond, meld ik op dag 7 tegen de kraamverzorgster dat ik ziek ben. “Nee, nachtzweten is normaal,” is haar antwoord, “Dat hoort bij het ontzwangeren, net als trekkende hechtingen en moeilijk kunnen slapen.” Ontzwangeren? Wat is dat nu weer? Waarom heeft niemand me daarover verteld? En waarom voel ik me koortsig en moet ik zoveel janken? “Ik dacht eerst aan kraamtranen, maar die had je eigenlijk op dag 4 al moeten hebben,” aldus de kraamverzorgster. “Nu is het een beetje laat om te huilen hoor. Geen zorgen, dit heeft allemaal te maken met ontzwanger-hormonen.” Nee, dit is meer dan hormonen, ik voel me serieus bagger.

“Je ziet er echter niet ziek uit,” meent de kraamverzorgster. “Nee, ik denk niet dat je koorts hebt. Misschien moet je er juist uit, een stukje wandelen. Niet de hele dag op bed blijven liggen hoor vandaag. Het is nu al een week na de bevalling: tijd om op te staan!” Het is dat ik me te zwak voel om een rechtse hoek uit te delen, want ik kan haar wel slaan. Ze is heel lief, maar ze snapt niet dat ik blijkbaar niet in haar kraamvrouw-schema pas. De ideale kraamvrouw moet dag 1 t/m 3 op bed  liggen, dag 4 de hele dag janken, dag 5 en 6 langzaamaan opkrabbelen en dag 7 een stukje gaan wandelen.

Ik ben nu op dag 7 en wordt dus in staat geacht me aan te kleden en buiten een rondje te lopen, in plaats van als een slappe dweil jankend op bed te liggen. De thermometer geeft me echter gelijk: 39.7˚C koorts. De verloskundige komt naar de hechtigen kijken en beaamt dat ze inderdaad een beetje rood zien; als het over twee dagen niet beter gaat, moet ik bellen. En de huisarts stelt borstontsteking vast bij mij en spruw bij de kleine. Gelukkig, het is ‘iets’. Ik heb officieel een excuus om ziek in bed te liggen, al is het dag 7. Zodra de kraamzorg de deur uit is, voed ik Zoë nog een keer en doe het enige waarvan ik gegarandeerd indut: ik drink een heel groot glas wijn. Eindelijk slaap ik als een blok, bijna vier uur achter elkaar.

Annemieke kreeg de schrik van haar leven toen er zomaar twee streepjes op die test stonden. Met haar vriend K. en hond Dribbel (die naar alle kinderen onder de 10 gromt) woont ze in Spanje.