30 Dingen die ik dacht toen ik mijn peuter kwijt was

04.02.2022 06:00

Frankes zoon Olle is rustig en lief, maar ook bijzonder avontuurlijk. Heel leuk voor hem, maar zijn moeder bezorgde hij daarmee een flinke rolberoerte.

Opeens was hij weg, poef!, zonder dat ik er erg in had. Het was zonnig, en Olle moet hebben bedacht dat alles beter was dan binnen zitten. Terwijl ik boven de was aan het vouwen was, in de veronderstelling dat mijn heerlijk rustige driejarige beneden aan het keutelen was met zijn lego, was hij ervandoor gegaan. Hij had, alsof het de normaalste zaak van de wereld was, mijn voordeursleutels uit de bak gegrist, de deur geopend, deze open laten staan (vast omdat hij wist dat een dichtslaande deur mijn alarmbellen zouden doen rinkelen) en was op zijn dooie akkertje naar het speeltuintje even verderop gewandeld. Tralala.

LEES OOK: 30 Belangrijke regels in het leven van een peuter

Drie minuten later liep ik naar beneden en toen dacht ik dus dit soort dingen:

  1. Ollle, kom je. Olle? Olle, ben je verstopt? Mama komt je zoeken, hoor.
  2. Olle, NU effe serieus waar ben je dan?
  3. In de tuin, dat kan niet anders. Nee issie niet.
  4. De bank? Nee. De keuken? Nee. De trapkast? Nee. Zolder? Nee.
  5. Waar is dat kind?!?
  6. No. No. No.
  7. Mijn kind is weg.
  8. Mijn kind is weg.
  9. Mijn kind is weg!!!!!(PANIEK)
  10. Waar kan-ie zijn? Met wie? Waarom? Wanneer? Hoe dan?!?!(RAZENDE GEDACHTES DOOR ELKAAR)
  11. Help! De voordeur staat open!
  12. Als-ie maar niet op zijn loopfietsje weg is gegaan
  13. Als-ie maar niet met zijn loopfietsje onder een auto ligt
  14. Als-ie maar niet met zijn loopfietsje ergens in de sloot is geflikkerd
  15. Als-ie maar niet met zijn loopfietsje heel ver weg is gefietst
  16. Oh gelukkig, loopfietsje staat er nog
  17. Maar dan issie te voet en niet in de straat
  18. NOOO!
  19. Als-ie maar niet de grote weg is overgestoken
  20. Als-ie maar niet ergens onder een auto ligt
  21. Als-ie maar niet met een vreemde meneer mee is
  22. Wat nu? Waar zijn mijn sleutels?
  23. Fukfukfuk waar is dat kind?
  24. Waar. Zijn. Mijn. Sleutels?!?!
  25. Oké, ademhalen. In-en-uit-en-in-en-uit
  26. Reservesleutel uit het bakje vissen
  27. Met de fiets ben ik sneller, fiets pakken. Fiets.
  28. Kak, mijn telefoon moet ook mee, waar is mijn telefoon? Niet NU.
  29. Oh hier. Ff kijken. Appje?
  30. Buurman A: ‘Olle zit in de speeltuin met je sleutels’

Hartverzakking- opluchting – wegtrekker

Peuters on the loose.

Niet te doen, echt.

En maar grijnzen, in de speeltuin.

Fok, wat was ik blij hem daar te zien.

Tof als kraamcadeau of gewoon voor jezelf: bestel hier de boeken van Franke.